Johannes van Rumpt
16 januari 1878 – 11 juli 1945
16 januari 1878 – 11 juli 1945
Op 12-jarige leeftijd verhuist het gezin Van Rumpt met Johannes vanuit Melissant naar Rotterdam. Daar schrijft de jongste zoon van het gezin zich op 12 juni 1897 in voor dienst in het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger, kortweg KNIL. Enkele maanden later begint het echte avontuur als hij op de SS Koningin Wilhelmina stapt richting Batavia, waar hij na een goede maand op zee te zijn geweest aankomt. Tijdens de zogenaamde Atjehoorlog maakt Johannes deel uit van verschillende bataljons infanterie. Hij voert diverse acties uit, waarvoor hij ook wordt onderscheiden met het ereteken ‘Krijgsverrichtingen tegen Atjeh 1896-1900’.
In 1903 loopt zijn verbintenis af en keert hij terug naar Rotterdam. Hier tekent hij echter al weer snel bij voor een nieuwe zesjarige verbintenis. Hij keert terug naar Nederlands-Indië. Op 21 maart 1910 zwaait hij definitief af en vindt zijn liefde op Sumatra, met wie hij vier jaar later trouwt. Johannes en Charlotte Antoinette Marcus krijgen drie kinderen. Werk vindt hij als opzichter in de Ombilin mijnen bij Padang.
Tijdens de Japanse bezetting is Johannes afgevoerd naar het kamp Mater Dolorosa in Batavia op Java, waar hij uiteindelijk op 11 juli 1945 op 67-jarige leeftijd komt te overlijden, een vrouw en drie kinderen achterlatend.