David Doornheim
6 april 1890 – 3 mei 1945
6 april 1890 – 3 mei 1945
David Doornheim, vader van zes kinderen en landarbeider van beroep, is geboren en getogen in Melissant. Hij woont ten tijde van de oorlog aan de Bouwdijk 347. Zijn vrouw is in het begin van de oorlog reeds overleden. Op zaterdag 13 januari 1945 houden twee Duitse soldaten hem op de weg terug naar huis van zijn werk staande. Vanwege de schaarste aan brandstof heeft hij achterop de fiets een vrachtje hout voor de kachel meegenomen, afkomstig van versperringspalen die in groten getale in de polder opgesteld staan. Arrestatie voor diefstal van de Wehrmacht is het gevolg.
Na een kort verblijf in het ‘Oranjehotel’ in Scheveningen en een tweetal maanden in Kamp Amersfoort wordt hij op 15 maart 1945 afgevoerd naar kamp Neuengamme in Duitsland. Aan het einde van de oorlog komt hij via de beruchte Dodenmarsen op het passagiersschip de Cap Arcona. Dit schip wordt op 3 mei 1945 aangevallen en tot zinken gebracht door vliegtuigen van de Royal Air Force. Een tweetal medegevangenen en overlevenden van de scheepsramp verklaren aan het Rode Kruis David als laatste gezien te hebben op het schip, in goede gezondheid. Daarna is er nooit meer iets van hem vernomen en wordt hij nog tot op de dag vandaag vermist.